Zonneschijnduur 1991 - 2020
 
Duur van de zonneschijn 
De afgelopen eeuw werd het een stuk zonniger in De Bilt: sinds 1900 nam het gemiddelde aantal uren zon per jaar toe, in totaal kwam er zo’n 200 uur bij. Dit tijdvak kende enkele opmerkelijk zonnige en sombere jaren. Zo was 2003 het zonnigste jaar sinds het begin van de metingen. 2075 zonuren. Het somberste
jaar wa 1988: de zon scheen slechts 1218 uur 
 
Zonnige en zeer zonnige dagen komen het vaakst voor in gebieden langs de kust: respectievelijk 80 en 40 dagen per jaar. Voor dagen met af en toe zon lopen de landelijke verschillen weinig uiteen: vrijwel overal zijn er circa 100 van zulke dagen. Sombere dagen komen vaker voor in december en in het binnenland. 
 
De hoeveelheid globale straling bepaalt ook de hoeveelheid licht die we ervaren,
op een donkere winterdag veel minder dan op een heldere. Op 25 november 2005, toen sneeuw en wind in grote delen van Nederland chaos veroorzaakten, werd in
De Bilt slechts 7 J/cm2 globale straling gemeten de donkerste dag ooit. 
 
 
 
Klik rechts op een kaart voor een andere maand
 
Januari
 
Februari
 
Maart
 
April
mei
 
Juni
 
Juli
 
Augustus
September
 
Oktober
 
November
 
December
 
Globale straling 1991 - 2020 
 
Zonnestraling en uren zonneschijn  
Het KNMI berekent het aantal uren zonneschijn uit metingen van de globale straling. De aarde ontvangt twee soorten straling: directe straling, rechtstreeks van de zon, en diffuse straling, afkomstig uit andere richtingen. Een voorbeeld van dat laatste is door wolken weerkaatste straling. De som van directe en diffuse straling noemen
we de globale straling, weergegeven in (k)J/cm2. Gemiddeld ontvangt het
binnenland minder straling dan de kust. Aan de westkust en op de westelijke Waddeneilanden schijnt de zon het meest. landinwaarts minder. Mei is de zonnigste maand.  
 
In De Bilt schijnt de zon in die maand gemiddeld 207 uur, dat is ruim 40% van de maximale daglengte. In het voorjaar en in de zomer is het langs de kust
aanmerkelijk zonniger dan in het oosten. Het relatief koude zeewater onderdrukt
dan de wolkenvorming. Bij minder bewolking meten we meer globale straling en daaruit berekenen we meer uren zon. In mei is er tussen het noordwesten en het zuid- oosten van het land een vrij groot verschil in het aantal zonuren. De westelijke Waddeneilanden hebben dan zo’n 40 uur meer zon dan Zuid- Limburg. In de winter heeft het zuiden de meeste uren zonneschijn. Dit hangt samen met de maximaal mogelijke instraling en de hoogte van de zon.   
 
 
 
 
Klik rechts op een kaart voor een andere maand
 
Januari
 
Februari
 
Maart
 
April
mei
 
Juni
 
Juli
 
Augustus
September
 
Oktober
 
November
 
December
 
Aantal dagen met zonneschijn 
 
Aantal sombere dagen
 
Dagen met af en toe zon
 
Aantal zonnige dagen
 
Aantal zeer zonnige dagen
 
Jaarlijkse verloop van zonneschijn en globale straling
 
 


      Bron: Klimaatviewer KNMI,  Bos klimaatatlas 2010  
      Categorieën: Klimaatatlas  I  Klimaat  I  Klimaatclassificatie  I  Meteorologie  I  Weer A tot Z  
 
Web Design