|
|
|
| Hellingstijgwind ontstaat aan de loefzijde van duinen, heuvels en bergen. De wind wordt gedwongen om tegen de helling op te stijgen. De stijgende lucht kan merkbaar zijn tot enkele malen de hoogte van de helling. Door met een zweefvliegtuig in deze stijgende lucht te gaan vliegen, is het mogelijk om uren in de lucht te blijven. Een voorwaarde is dat de helling hoog genoeg is, de wind hard genoeg is en de windrichting ongeveer loodrecht op de helling staat. |
|
| De enige helling in Nederland waar dit mogelijk is, is de duinenrij aan de Noordzeekust. Op deze plek is het alleen mogelijk als het harder waait dan windkracht 6 en als de wind ongeveer loodrecht op de helling staat. Dit komt doordat de duinen niet hoog zijn. In Duitsland zijn er vele hellingen te vinden die aan de voorwaarden voldoen , een zeer bekend gebied is de Wasserkuppe waar vele Nederlanders te vinden zijn die van de thermiek en stijgwinden gebruikmaken. |
|
 |
Ridgelift bij de Torrey Pines Gliderport in
San Diego, CA |
|
|
 |
| Een Scimitar-zweefvliegtuig in Lock Haven, Pennsylvania, VS |
|
|
 |
| Diagram van een helling met de zone van opstijgende lucht in lichtgroen |
|
| |
| Orville Wright maakte gebruik van noklift en vestigde in 1911 een duurrecord van 11 minuten. De sport van het stijgen begon echter in Duitsland na de Eerste Wereldoorlog. In 1921 brak Dr. Wolfgang Klemperer het record van de Wright Brothers uit 1911 met een vlucht van 13 minuten. In 1922 werd Arthur Martens de eerste zweefvliegpiloot die gebruik maakte van een opwaartse luchtstroom die langs een berghelling opsteeg om voor langere tijd in de lucht te blijven, met een vlucht van meer dan een uur. |
| |
| |
| Hellingstijgwind wordt gegenereerd wanneer de wind tegen een heuvel, bergkam, helling of oceaangolf waait, waardoor de lucht stijgt. In de meteorologie staat dit bekend als orografische lift. De wind creëert een gebied met opstijgende lucht direct boven de helling, dat zich enige afstand naar boven en naar buiten kan uitstrekken vanaf het oppervlak, omdat de luchtstroom de opwaartse contouren van de heuvel volgt. Bij bijna verticale kliffen is er echter meestal een gebied met turbulentie met dalende lucht nabij de voet van de klif. Benedenwinds van de heuvel kunnen zich lijgolven vormen; deze worden ook gebruikt door zweefvliegers om hoogte te winnen, maar dit moet niet worden verward met hellinglift. |
| |
| In de buurt van hellingen, in plaats van verticale kliffen, is de sterkste lift vaak te vinden in een vliegbaan die een denkbeeldige lijn snijdt die loodrecht uit de helling komt |
| |
| Lange bergketens zoals die gevonden in de Ridge-and-Valley Appalachen in de Verenigde Staten, Nieuw-Zeeland en Chili zijn door zweefvliegers gebruikt om in één vlucht meer dan duizend kilometer te vliegen. Ook vogels, zoals veel zeevogels (met name albatrossen) en roofvogels, maken op deze manier gebruik van hellingen. |
| |
|
|
|
|
|
|
