|
Weerstation Den Helder "de Windwijzer"
|
|
Eeuwenlang keken de vletterlieden en de
vissers naar de lucht om het weer te
voorspellen. Het was een beproefde methode
voordat zij naar
zee gingen. Door de
oprichting van het weerkundig observatorium
Den Helder in augustus 1843 op de dijk zou
daar verandering in komen.
Het bestond uit wat gebouwtjes en een toren
die bekend werden als waarnemingsstation de
Windwijzer. |
|
In 1860 werd er een rijkstelegraaf
geïnstalleerd voor het onderling
overseinen van de waarnemingen naar
het KNMI de Bilt en de overige
stations. Nu konden de inwoners op
borden in de Ouwe Helder en langs de
haven lezen wat voor weer het in
Nederland was. In 1863 werd het
systeem uitgebreid met een
stormwaarschuwingssysteem. Sinds dat
jaar hingen in alle havenplaatsen en
vissersdorpen stormseinen als
kegels,
ballen en een rode lantaarn
als er storm werd verwacht. Door de
technische vooruitgang in de 20e
eeuw leidde uiteindelijk tot
bruikbare weers-verwachtingen. |
|
|
|
In 1972 moest het monumentale
complex ter hoogte van de
Coenraadbotstraat wegens de
dijkverzwaring gesloopt worden en
verhuisde
het KNMI weerstation naar
het marinevliegveld De Kooy. |
|
Op 1 augustus 1972 werd dit station
officieel geopend als synoptisch
hoofdstation. En zoals alle
weerstations heeft ook den Helder
een index nummer (06235) 06 voor
Nederland en 235 voor
stationsindexnummer.Als waarnemingspost heeft Den Helder
natuurlijk een unieke ligging in
het
uiterste noordwesten van Nederland.
Bij aanvoer uit het noordwesten
kunnen de meteorologen mede op basis
van de informatie uit
Den Helder zo
goed mogelijk inschatten wanneer
zo'n neerslaggebied Nederland zal
bereiken. Iedereen kan de
weersontwikkelingen in het
noordwesten actueel volgen doordat
de waarnemingen van Den Helder niet
alleen op internet worden vermeld
maar ook in de weerrapporten
op NOS
Teletekst pagina's 705 en 707. |
|
|
|
De KNMI-ers begonnen met hun werkzaamheden
in Den Helder in een houten gebouwtje waar
onder meer de telexen, de
registratieapparatuur
en de kwikbarometer
waren opgesteld.
Op het waarnemingsveld
waren diverse instrumenten te vinden. In
maart 1977 werd het meetterrein
verrijkt met
een bliksemteller en een pluviograaf, een
registerende regenmeter. Later werd nog een wolkenhoogtemeter toegevoegd. |
|
Toch was het instrumentarium op het
waarnemingsstation de "Windwijzer" nog
hypermodern en werden nog veel waarnemingen
handmatig
gedaan. Op 27 augustus 1985
verhuisde het weerstation met alle
apparatuur naar de inmiddels gereed gekomen
vleugel van het nieuwe
gebouw in
Den Helder. Tussen 1985 en 1990 werd
overgegaan op nieuwe instrumenten en
apparatuur.
De medewerkers van de
instrumentele afdeling van het KNMI zorgen
voor het onderhoud van het instrumentarium. |
|
Op 1 januari 1991 werd ons station onderdeel
aan de luchtvaartmeteorologische dienst van
het KNMI Eind 1991 werd een begin gemaakt
met een gedeeltelijk automatisering van de
waarnemingen. De weergegevens konden nu ook
grafisch via monitoren worden weergegeven.
De blik naar buiten blijft echter nodig om
ook gegevens van het zicht, de
wolkensoorten, de bedekkingsgraad, de hoogte
van de wolkenbasis
en het weertype te
bepalen. Alleen voor de wolkenlaag pal boven
wolkenhoogtemeter wordt de basishoogte
grafisch weergegeven. |
|
Na voltooiing van de waarneming worden de
gegevens ingevoerd en op een monitor
gepresenteerd, zowel bij de marinemeteo als
bij de verkeersleiders, waarmee nauw wordt
samengewerkt.
De waarnemingen zijn van groot
belang voor de meteorologen bij het
opstellen van
de korte termijnverwachting.
Halverwege de jaren negentig werd Den Helder
uitgerust met een radarsysteem
van het KNMI.
In combinatie met de radarantenne op de
toren van het KNMI in De Bilt levert dat een
veel completer (meng)beeld van de neerslag
boven heel Nederland inclusief een
belangrijk gebied op de Noordzee. Op 31
oktober 1996 werd de radar op de Albatros in
de nieuwe haven van Den Helder officieel in
gebruik genomen. |
| |
|
|
|
|
|
|
|